Mili­eu­ver­vuiling Waal­strandje


Schrif­te­lijke vragen over late reactie RWS en gevolgen voor mens, dier en milieu

Indiendatum: 7 jul. 2023

Indieners:
Eline Lauret (Partij voor de Dieren)
Paul Eigenhuijsen (GewoonNijmegen.NU)

Opsteller:
Eline Lauret

Geacht college,

Op 23 december 2021 heeft Lisa Beckers voor het eerst melding gedaan bij de politie over een verdachte blauwe stof[1] op het Waalstrandje in de Stadswaard dat het dichtst bij Nijmegen ligt, vlak na de voetgangersbrug ‘Ooypoort’. In 2022 doet ze opnieuw melding bij de politie, waarna ze in april 2022 wordt teruggebeld. De politie gaat kijken en doet melding bij RWS. In mei 2022 laat Rijkswaterstaat de politie weten dit in de gaten te houden en dat ze pas als er meer blauwe stof wordt aangetroffen gaan kijken. Ook door de Gelderlander zijn vanaf maart 2023 meerdere malen vragen neergelegd bij RWS, o.a. over de onderzoeken van Beckers, waaruit blijkt dat er o.a. ijzercyanide in de monsters zit. Er kwam geen antwoord. Beckers zoekt vervolgens nog een keer contact via Instagram en doet telefonisch haar verhaal. Pas daarna besluit RWS zelf monsters te nemen. Op 26 juni krijgt Beckers bericht dat er inderdaad gevaarlijke giftige stoffen liggen, te weten arseen, cyanide, kwik en PAK’s. Inmiddels is het strandje deels afgegraven om de gevaarlijke stoffen te verwijderen. En naar vandaag blijkt is de vervuilde strook op het Waalstrandje ruimer dan gedacht en zit de vervuiling dieper dan gedacht, waardoor na de zomer een nog groter deel van het strandje zal moeten worden afgegraven[2]. In de tussentijd wordt het strandje afgedekt met worteldoek, klei en zware stenen.

Het heeft anderhalf jaar geduurd voordat RWS maatregelen nam. Pas de afgelopen weken is bezoekers van dit Waalstrandje het volgende geadviseerd: “Direct gevaar voor de gezondheid levert de substantie niet op, maar wie klachten heeft wordt geadviseerd contact op te nemen met de huisarts.”

Graag stellen de Partij voor de Dieren en GewoonNijmegen.NU daarom de volgende vragen:

  1. Op welke datum is de gemeente voor het eerst geïnformeerd over de vervuiling?
    Als deze datum pas dit jaar was: is het college het met ons eens dat onze gemeente eerder had moeten worden geïnformeerd? Zo nee, waarom niet?
  2. Heeft de gemeente, nadat de vervuiling bekend werd, direct actie ondernomen?
    Zo ja, welke? Zo nee, waarom niet?
  3. Wat vindt het college ervan dat de signalen van Lisa Beckers door RWS pas zo laat serieus werden genomen?
  4. Kan het college bevestigen dat de vervuiling wel degelijk (indirect) gevaar opleverde voor de gezondheid van mensen en dieren? Zo nee, wat is dan de reden dat het Waalstrand moest worden afgesloten, de grond moest worden afgegraven en mensen werden geadviseerd bij klachten naar de huisarts te gaan?
  5. Is het college het met ons eens dat door de late actie van RWS:
    1. Bezoekers van de Waalstrandjes en dieren, die daar rondlopen/ zwemmen, onnodig risico hebben gelopen? Zo nee, waarom niet?
    2. De vervuiling daardoor mogelijk meer in het milieu is verspreid dan wanneer er sneller was ingegrepen? Zo nee, waarom niet?
  6. Is het college bereid hierover in gesprek te gaan met RWS en afspraken te maken, zodat er in de toekomst wel adequaat door RWS wordt gereageerd op meldingen over milieuvervuiling? Zo nee, waarom niet?
  7. Is het volgens het college denkbaar dat soortgelijke vervuiling ook op andere Waalstranden kan worden gevonden? Zo nee, waarom niet?
    Zo ja, is het college bereid alle overige Waalstrandjes in de gemeente te onderzoeken om gezondheidsrisico’s voor mens en dier te voorkomen? Zo nee, waarom niet?
  8. Is het college het met ons eens dat ook andere gemeenten onderzoek op hun Waalstranden zouden moeten doen naar eventuele soortgelijke vervuiling? Zo nee, waarom niet?
    Zo ja, is het college bereid dit aan te kaarten bij andere gemeenten in de regio? Zo nee, waarom niet?
  9. Is het college het met ons eens dat de onderste steen boven moet komen over wie de veroorzaker van deze vervuiling is en dat de vervuiler moet betalen? Zo nee, waarom niet?
    Zo ja, hoe gaat het college dit bewerkstelligen en hierin met RWS samenwerken?

De fracties Partij voor de Dieren en GewoonNijmegen.NU zien met belangstelling uw antwoorden tegemoet.

Met vriendelijke groet,

Eline Lauret
Raadslid Partij voor de Dieren Nijmegen

Paul Eigenhuijsen
GewoonNijmegen.NU


[1] Lisa werd pas na anderhalf jaar serieus genomen: bezoekers Waalstrandje kwamen hele zomer met mogelijke giftige grond in aanraking | Nijmegen | gelderlander.nl

[2] Vervuilde strook Waalstrandje ruimer dan gedacht, gebied afgedekt met grote stenen | Nijmegen | gelderlander.nl

In uw brief van 7 juli jl. ‘Milieuvervuiling Waalstrandje’ heeft u vragen gesteld over aangetroffen gevaarlijke stoffen op het Waalstandje. De grond waarop de vervuiling is aangetroffen is eigendom van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat. De aanpak van de aangetroffen stoffen is in behandeling bij Rijkswaterstaat als beheerder van de gronden. Naar aanleiding van uw vragen hebben wij navraag gedaan bij Rijkswaterstaat. Daarom beantwoorden wij de gestelde vragen met de informatie die we nu ter beschikking hebben.

Vraag 1

Op welke datum is de gemeente voor het eerst geïnformeerd over de vervuiling?
Als deze datum pas dit jaar was: is het college het met ons eens dat onze gemeente eerder had moeten worden geïnformeerd? Zo nee, waarom niet?

Antwoord: De eerste melding heeft het college op 22 december 2021 ontvangen bij het Klant Contact Centrum. Hier is een Meld & Herstelmelding aangemaakt. Deze melding is beantwoord door een medewerker van Toezicht en Handhaving met het advies om contact op te nemen met de politie om de eventuele schadelijke stoffen te laten controleren. Tussen 22 december 2021 en 27 juni 2023 heeft het college geen verdere informatie ontvangen. Noch van de politie noch van Rijkswaterstaat.

Vraag 2

Heeft de gemeente, nadat de vervuiling bekend werd, direct actie ondernomen?
Zo ja, welke? Zo nee, waarom niet?

Antwoord: Rijkswaterstaat heeft het college op 27 juni 2023 geïnformeerd. Hierna heeft het college er op toegezien dat het gebied werd afgezet. Op 5 juli heeft Rijkswaterstaat de omwonenden met een brief geïnformeerd. Zij heeft et afgegraven gebied opgevuld met schone grond en afgedekt met zwerfkeien. Na de werkzaamheden heeft Rijkswaterstaat het Ooyse Sluispad te laten reinigen met water. Het college is vooraf bij elke stap geïnformeerd door Rijkswaterstaat.

Vraag 3

Wat vindt het college ervan dat de signalen van Lisa Beckers door RWS pas zo laat serieus werden genomen? 

Antwoord: Het college betreurt dat er ogenschijnlijk laat is gereageerd. Het college heeft echter geen inzage in het interne proces van Rijkswaterstaat tot aan 27 juni 2023 en kan daarom niet beoordelen of Rijkswaterstaat te lang heeft gewacht met actie
ondernemen.

Vraag 4

Kan het college bevestigen dat de vervuiling wel degelijk (indirect) gevaar opleverde voor de gezondheid van mensen en dieren? Zo nee, wat is dan de reden dat het Waalstrand moest worden afgesloten, de grond moest worden afgegraven en mensen werden geadviseerd bij klachten naar de huisarts te gaan

Antwoord: Rijkswaterstaat, als beheerder van de gronden, heeft het college verzocht om het gebied af te zetten zodat Rijkswaterstaat vervolgstappen konden nemen. Rijkswaterstaat heeft geadviseerd om bij klachten naar de huisarts te gaan. Het
college heeft vernomen dat er een verontreiniging is gevonden. Pas nadat de verontreinigde grond veilig was gesteld is het gebied weer opengesteld. Onderzoek naar de mogelijke gezondheidseffecten van de gevonden stoffen vindt op dit moment
plaats door het RIVM.

Vraag 5

Is het college het met ons eens dat door de late actie van RWS:

a) Bezoekers van de Waalstrandjes en dieren, die daar rondlopen/ zwemmen, onnodig risico hebben gelopen? Zo nee, waarom niet?

b) De vervuiling daardoor mogelijk meer in het milieu is verspreid dan wanneer er sneller was ingegrepen? Zo nee, waarom niet?

Antwoord: Het college kan pas met een reactie op deze vragen komen als het onderzoek van het RIVM is afgerond en kennis heeft genomen van de uitkomst.

Vraag 6

Is het college bereid hierover in gesprek te gaan met RWS en afspraken te maken, zodat er in de toekomst wel adequaat door RWS wordt gereageerd op meldingen over milieuvervuiling? Zo nee, waarom niet?

Antwoord: Ja. het college is bereid om in gesprek te gaan met Rijkswaterstaat om procesafspraken te maken na het ontvangen van meldingen op het grondgebied van Rijkswaterstaat.

Vraag 7

Is het volgens het college denkbaar dat soortgelijke vervuiling ook op andere Waalstranden kan worden gevonden? Zo nee, waarom niet?
Zo ja, is het college bereid alle overige Waalstrandjes in de gemeente te onderzoeken om gezondheidsrisico’s voor mens en dier te voorkomen? Zo nee, waarom niet?

Antwoord: Het RIVM onderzoekt de locatie bij Nijmegen. Voor onderzoek op andere locaties ziet Rijkswaterstaat geen aanleiding. Op het moment dat hiervoor wel een gerichte aanleiding is zal Rijkswaterstaat dat onderzoek opstarten. Het college gaat hierbij uit van de expertise van Rijkswaterstaat.

Vraag 8

Is het college het met ons eens dat ook andere gemeenten onderzoek op hun Waalstranden zouden moeten doen naar eventuele soortgelijke vervuiling? Zo nee, waarom niet?
Zo ja, is het college bereid dit aan te kaarten bij andere gemeenten in de regio? Zo nee, waarom niet?

Antwoord: Het is aan Rijkswaterstaat, als beheerder van de gronden, om andere gemeenten zo nodig te informeren dat soortgelijke vervuiling ook op hun Waalstranden kan voorkomen. Er is vanuit Rijkswaterstaat geen waarschuwing uitgegaan naar de andere gemeenten langs de Waal.

Vraag 9

Is het college het met ons eens dat de onderste steen boven moet komen over wie de veroorzaker van deze vervuiling is en dat de vervuiler moet betalen? Zo nee, waarom niet?
Zo ja, hoe gaat het college dit bewerkstelligen en hierin met RWS samenwerken?

Antwoord: Het onderzoek naar de aangetroffen vervuiling is in behandeling bij Rijkswaterstaat als beheerder van de gronden. Er zijn verschillende mogelijke oorzaken van de vervuiling denkbaar. Wij kunnen op dit moment niet beoordelen of kan worden achterhaald hoe de verontreiniging is ontstaan en of een veroorzaker kan worden gevonden.

Hoogachtend,

Het college van burgemeester en wethouders van Nijmegen